Trip down memorylane: Opa en oma van de boerderij

“Zet steeds je voet op rozen,
en voel de doornen niet.
Ik zal steeds aan je denken,
vergeet dan mij ook niet.
Mocht ik hier niet meer wezen,
als ik deze plaats verlaat.

O, denk dan aan die woorden,
dat liefde nooit vergaat.”

– Enschede, 30 april 1997

Gisteren, na het opruimen van mijn boekenkast, zat ik te bladeren door mijn poëziealbum. Je weet wel, zo’n album waar je op het moment dat je ermee bezig bent, totaal niet begrijpt wat de waarde is, of ooit kan worden. Het gedicht wat ik jullie heb laten lezen is van mijn opa.

Kijk naar de datum, 30 april 1997, ik was toen zeven. Ik begreep helemaal niet wat mijn opa daar had geschreven, maar het rijmde wel mooi. En ik was natuurlijk trots op het feit dat mijn opa wat in mijn poëzie album had geschreven. Gisteren, toen las ik het gedicht weer, sinds héél lange tijd. De bladzijde ervoor die van mijn oma (daarover later meer), en toen deze. Ik las het, en nog niet halverwege stroomden de tranen mij over de wangen. Want nu snap ik het. Nu snap ik wat hij geschreven heeft. Ik neem jullie mee in een trip down memorylane en ga jullie meer vertellen over mijn opa en oma van de boerderij en hoe ik ze heb meegemaakt. En vooral: waaróm ik nu begrijp wat hij daar geschreven heeft.

Pannenkoeken en gebakken aardappelen bij opa en oma aan tafel

Als je zeven bent en je hebt al je opa’s en oma’s nog, dan is het heel vanzelfsprekend dat ze er zijn. En papa’s en mama’s zijn van de regeltjes en bij opa en oma is het altijd leuk. Zo was het bij ons in ieder geval wel!
Als we bij opa en oma op de boerderij gingen logeren, mochten we altijd kiezen wat we gingen eten. Niet dat oma van tevoren niet al wist wat het ging worden. Altijd hetzelfde namelijk, pannenkoeken (je weet wel, van die hele vette in de boter drijvende pannenkoeken), waar we ‘s nachts standaard kotsmisselijk van waren.
Ik maak ook nog steeds gebakken aardappels op oma’s manier, gewoon heerlijk rauw bakken, het duurt wat langer, maar in combinatie met de juiste mayonaise (de Zaanse) waan ik me weer helemaal terug op de boerderij, zittend bij opa en oma aan tafel in die grote keuken grenzend aan de deel. (De pannenkoeken daarentegen, maak ik toch maar wat minder vet ;-).)

Van boerderij naar bejaardenhuis

Ik vond het dan ook behoorlijk stom en raar dat mijn ouders de boerderij van opa en oma niet wilden overnemen, toen zij naar het bejaardenhuis gingen. Nu begrijp ik hoeveel werk het is, niet uit ervaring, maar gewoon omdat ik nu meer begrijp dan toen. Ik was toen een jaar of vijftien, denk ik.
Maar in dat bejaardenhuis begon het nieuwe leven van opa en oma. Ze gingen met busreizen mee, leuke dingen doen. We moesten ineens van tevoren bellen, als we op bezoek wilden, want ze waren regelmatig de hort op. My god, als er twee mensen waren die veel van elkaar hielden, waren zij het wel. We zeiden altijd gekscherend dat als één van beide zou komen te overlijden, de ander er heel snel achteraan zou gaan.

Ouder worden is niet leuk!

Oma werd dement, langzaamaan, eerst dingen vergeten, kleinkinderen niet meer herkennen, kinderen niet meer herkennen. Ze vroeg vaak of haar zus (die járen geleden overleden is) ook nog kwam, want ze vond het zo gezellig als iedereen er was. Ook opa moest vaak uitleggen wie hij was, toch leek het alsof ze elke keer weer opnieuw verliefd op hem werd. Over soulmates gesproken…
Opa kreeg ook last van lichamelijke kwalen, zoals hij zelf zei “Dat heurt d’r bie.” Elke dag was hij trouw bij oma, toen zij niet meer thuis kon wonen. Elke dag! Met een bakje vers fruit, wat ze heerlijk samen opsmulden. Ik zie ze nog zo zitten. Bij één van die momenten vertelden we dat we gingen trouwen. Oma snapte dit al niet meer, ik wist ook dat het niet mogelijk was voor haar om erbij te zijn, maar ik was ook trots dat opa er wel bij kon zijn. En opa was ook trots. Trots als een pauw.

De dag voor de bruiloft

De dag voor de bruiloft, ik zat in de nagelstudio, kreeg ik een belletje van mijn ouders. Of ik zo snel mogelijk naar oma wilde komen, want het ging niet goed met haar. Wat er precies aan de hand was, kan ik me niet eens meer herinneren. Ik weet nog dat ik er kwam en dat ze op bed lag, tussen slapen en waken in. Constant. De hele familie was er. De hele familie wist ook dat wij de volgende dag gingen trouwen. Ik wist niet waar ik het zoeken moest. Natuurlijk wist ik dat oma (en ook opa) ooit zou gaan overlijden, maar toch niet de dag voor onze bruiloft (of óp onze bruiloft)? Het ergste vond ik nog dat ik me daar überhaupt druk om kon maken, ík was toch niet degene die daar lag en ook niet degene die zijn grote liefde zou gaan verliezen. Ik heb oma geknuffeld, zoals ik haar nog nooit geknuffeld heb. Heb haar gevraagd om, ondanks haar ongemak en pijn, één dagje te wachten. Zodat haar overlijden niet overschaduwd zou worden door onze bruiloft en natuurlijk ook andersom. Ik voelde me zo egoïstisch!

Mijn lieve oma

Datzelfde uur dat we binnen kwamen bij oma, begon opa met ons over de bruiloft. Hij gaf aan dat hij graag wilde dat we, ondanks wat er zou gebeuren, alles door zouden laten gaan. Sterker nog, hij zou erbij zijn. Met de aanvulling dat hij niet voor het feest zou blijven, maar dat klonk voor ons meer dan logisch. Op dat moment realiseerde ik me hoe sterk mijn opa was, maar ook hoe realistisch en nuchter. Het ging natuurlijk een keer gebeuren, alleen de timing is wat ongelukkig. Daar kwam het op neer.
Oma is uiteindelijk een week na onze bruiloft overleden. Op dat moment heb ik gezworen (aan mezelf en via een brief aan oma) dat ik ooit, ooit zo’n geweldige oma zal worden als zij was. Ooit die vette pannenkoeken zal gaan maken voor mijn kleinkinderen (alvast sorry daarvoor).
Wáárom realiseer je je dat niet op het moment dat je zelf nog kind bent, dat opa’s en oma’s zo geweldig en leuk zijn (uitzonderingen daar gelaten, natuurlijk). En vooral: hoe waardevol en belangrijk ze voor je kunnen zijn.
Oma heeft nooit bewust de start van mijn volwassen leven mee gekregen, maar wat heb ik fantastische herinneringen aan haar.

Mijn lieve opa

In de week na de crematie van oma werd opa ziek. Wat er precies aan de hand was wist niemand. Hij werd geopereerd, alles zou goed zijn gegaan! De volgende dag kreeg ik van mijn moeder het telefoontje dat opa was overleden. Huh? Wat? Na een tweede operatie is hij wakker geworden en werd hij met machines in leven gehouden, er was van alles ineens niet goed. Hij heeft het heft in eigen handen genomen, de dokter aangegeven:
“Dit was niet de afspraak… Wat gebeurt er als je dit allemaal stop zet?”
– “Dan zult u komen te overlijden, er is geen kans meer om zonder deze medicatie/machines verder te leven.”
“Zal ik dan pijn hebben?”
– “Nee, dat zult u niet.”
Waarop opa aan zijn kinderen heeft gevraagd om de dominee te bellen, zodat hij alles zelf nog even met hem kon bespreken.  Na alles te hebben besproken, heeft hij de dokter gevraagd alle machines uit te zetten.
En hij is rustig ingeslapen, met zijn kinderen en schoonkinderen (die hij overigens altijd als zijn eigen kinderen heeft gezien) aan zijn bed.

Inspiratiebron

Ik ben zó trots op dit verhaal. Dit verhaal, de laatste paar uren, vertellen precies hoe sterk opa was. Hij had de touwtjes in handen tot op het allerlaatst en is vredig naar zijn geliefde vrouw gegaan, waar dat ook moge zijn. Die kracht, dat is een inspiratie voor mij, voor de rest van mijn leven.
Weet je nog wat ik eerder in dit artikel schreef? “We zeiden altijd gekscherend dat als één van beide zou komen te overlijden, de ander er heel snel achteraan zou gaan.” Binnen drie weken was zowel oma, als opa ineens weg. Het moest zo zijn, maar deed wel pijn. En dat alles in onze wittebroodsweken.
Bij oma’s uitvaart werden we zowel gecondoleerd als gefeliciteerd met ons huwelijk en bij opa’s uitvaart hebben we wel 100 keer de zin gehoord: “Nou, het genieten van jullie huwelijk is zo ook wel gauw over, hè?”

Dankbaar

Ik kan niet beschrijven hoe dankbaar ik ben dat opa op onze bruiloft is geweest. Hij was trots, maar ik was ook trots. Later hoorde ik dat hij heel hard heeft gehuild toen ik met mijn vader aan kwam lopen. Het is maar goed dat ik dat niet gezien heb.
De foto’s van onze bruiloft zijn met hem meegegaan, deze heb ik hem nooit meer kunnen laten zien. Het liefst zou ik ze met jullie allemaal delen, maar ik verwacht dat hij daar niet zo blij mee zou zijn geweest (oude stempel), dus dat ga ik niet doen.

Mijn andere opa en oma zijn al eerder overleden en oma van de boerderij heeft door haar dementie nooit bewust de start van mijn volwassen leven meegekregen.

Met opa heb ik dit kunnen delen, en daar ben ik enorm dankbaar voor. Maar ik had nog veel meer willen delen, tot in de eeuwigheid, maar dat kan niet en dat doet pijn.

 

En dat… Dat dat dus niet kan. Dát is precies wat hij in zijn gedicht heeft beschreven. Dat gedicht van toen ik nog maar zeven was… 

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.